Omgevingsfactoren hebben wel degelijk een invloed
Er zijn genoeg AD(H)D'ers die succesvol zijn, dat is waar. Hoe komt het dan dat er zoveel zijn waarbij het niet lukt? Heel simpel, de reacties van de omgeving zijn enorm belangrijk. Om dit een beetje realistischer voor te stellen, zal ik jullie vergasten een op een kleine autobiografie.
Strikt gezien, worden de kenmerken zichtbaar op de leeftijd van 7. Als ik terugblik zie ik een vrolijk maar verlegen kind dat houdt van met de poppen te spelen. Uren kon ik me amuseren met mijn vriendin Michèle. Hele levens bootsten we na met Barbie en Ken. Toen we 8 waren, was onze favoriete bezigheid radioprogramma's in mekaar steken. Radio Mikri (Michèle en Kristiane) was geboren en elk vrij moment waren we bezig met fictieve studiogasten. Hoe hebben we niet gelachen
met het nabootsen van voetstappen en allerlei geluiden. Hoe creatief waren we.
Toen ik opgroeide, wou ik andere dingen ontdekken. Michèle leerde piano spelen. Dat wou ik ook, maar het kon niet. Er was geen geld. Ik ben de jongste van een gezin van vijf kinderen, een nakomeling, een 'kaakenestje' zoals ze wel eens zeggen. Hoe erg vond ik het nietals ik vaak tegen die lesgevende non moest zeggen dat Michèle ziek was. Het was niet eens waar. Ik begreep haar niet, zij kreeg de kans om piano te leren. Waarom pakte ze die niet met beide handen aan?
Ik begreep toen niet dat er bij ons thuis geen geld was voor die dingen, dus ik zocht naar een andere uitdaging. Ik had al één uitdaging en dat was naar school gaan. Ik was erg goed in Latijn en ik hield van mijn school, een heel strenge school, het Sint-Ursulalyceum.Onbewust voelde ik aan dat ik die discipline nodig had. Als AD(H)D'er heb je meer begeleiding dan anderen nodig. Helaas lieten mijn ouders me aan mijn lot over. Ze controleerden mijn huiswerk niet, ze vroegen mijn lessen niet af. Ik moest het allemaal zelf doen. Dat was niet gemakkelijk want mijn ouders maakten vaak kletterende ruzie en dan had ik nog méér de neiging om weg te dromen. De wil was er en het materiaal: een bureautje voor mijn raam. Hoe vaak ben ik niet opgestaan omdat mijn gedachten afdwaalden, door dat lawaai maar ook door de omgeving die ik voortdurend scande. Ik keek rond in mijn kamer. En dan ging ik maar iets anders doen dat op dat moment, in mijn ogen, prioriteit had. Gelukkig ben ik geen dom iemand en kon ik het toch redelijk goed redden. Misschien ook wel dankzij mijn tante en nonkel, die de helft van mijn opvoeding voor hun rekening namen. Tante en nonkel vroegen wèl mijn lessen af. Zij hadden geen kinderen en zagen in mij een ideale dochter. Tot ik 15 was...en verder Latijn wou studeren. Toen kreeg ik van tante Gusta het deksel op mijn neus: wie dacht ik wel dat ik was, Latijn studeren, dat was toch niet voor iemand van mijn stand?
Toen begon zij afstand van mij te nemen. Toen zei zij: je had heel goed met mij kunnen varen later maar vanaf nu staat mijn beslissing vast: jij krijgt later niets van mij. Er lagen natuurlijk nog andere redenen ten grondslag. In haar ogen was ik lui en zag ik geen werk. Uiteraard was dat zo maar een AD(H)D'er moet je vaak aan het werk zetten en motiveren. Tenzij hij bezig is met zijn dada, dan kan hij uren bezig zijn, gehyperfocust is het woord.
De volgende uitdaging was ballet. Iets waar ik al jaren van droomde doordat het boek 'Tiny op ballet' bezat. Hoe dikwijls heb ik niet op mijn wollige konijnsloefen de vijf posities geoefend? Ik zag me al staan aan de barre, in een immens grote spiegelzaal. Tot het eerste middelbaar had ik telkens maar twee vriendinnen gehad en in het tweede middelbaar veranderde dat. Ik kreeg vriendinnetjes die allemaal op ballet waren. Ineens ontmoette ik veel meer gelijkgestemden die me niet veroordeelden omwille van mijn afkomst (mijn vader was werkloos sinds mijn acht en mijn moeke was huisvrouw) of mijn uiterlijk (ik was een seut met een brilletje en konijnetanden. Ik wou bij hen horen,ik wou met hen op ballet. Wéér een teleurstelling want ook dat feest ging niet door. Voortdurend voelde ik me anders, uitgesloten en nu had ik de kans om echte vriendinnen te maken. Gelukkig keken ze mij er niet op aan. Als ik dan toch niet op ballet mocht, zou ik mijn uiterlijk veranderen. Ik besloot om die lelijke bril niet meer op te zetten, ik liet mijn haar groeien en glimlachte met mijn mond dicht. Ik had eigenlijk een beugel nodig en die wou ik, maar ook daar was geen geld voor en mijn vader vond het niet nodig. Ik was een onzeker kind maar verborg me achter onnozele grappen om aandacht te trekken. Ik hunkerde naar aandacht van mijn vader, maar het enige dat ik kreeg was een goedkeurend gemurmel als hij mijn rapport ondertekende. Als er eens iets wat minder was, zei hij het ook, maar als het uitmuntend was, werd ik niet beloond.
Dit is nog maar een klein deeltje van mijn leven uiteraard maar ik hoop dat het een beetje illustreert welke worstelingen ik allemaal heb moeten doorgaan. Ik heb geen gemakkelijk leven gehad. Er waren momenten dat ik intens gelukkig was maar evenveel momenten dat ik niet begreep wat er met mij mis was, waarom ik precies een verschoppelinge was, niet alleen in de school (ik werd sowieso nog altijd gepest door een paar mensen en buiten die paar vriendinnen botste ik meer op tegenstand dan wat anders) maar ook in mijn eigen leefomgeving. Mijn vader kon het niet nalaten ons steeds weer te zeggen dat hij spijt had dat hij ons op de wereld had gezet. Dat wij als gezin naar de buitenwereld toe niet geslaagd waren, dat wij paria's waren en dat niemand iets van ons moest weten. Ik heb daar zo'n trauma van overgehouden dat ik besloten heb geen kinderen te nemen tot ik zelf helemaal 'clear' ben. En daar heb ik nog wel wat werk mee. Maar ik ben op de goede weg en ik blijf doorgaan, ook al zaag ik soms, ik zaag al minder. Dit zijn gewoon de feiten en die vallen gewoon niet te negeren. Mijn omgeving heeft mijn ADD die ADHD is geworden, VERSTERKT. En daarom, moet ik harder vechten dan een andere ADHD'er die het geluk heeft gehad zijn 'goestingskes' te kunnen doen en zich te ontplooien naargelang zijn impulsen hem dat ingaven.
Strikt gezien, worden de kenmerken zichtbaar op de leeftijd van 7. Als ik terugblik zie ik een vrolijk maar verlegen kind dat houdt van met de poppen te spelen. Uren kon ik me amuseren met mijn vriendin Michèle. Hele levens bootsten we na met Barbie en Ken. Toen we 8 waren, was onze favoriete bezigheid radioprogramma's in mekaar steken. Radio Mikri (Michèle en Kristiane) was geboren en elk vrij moment waren we bezig met fictieve studiogasten. Hoe hebben we niet gelachen
met het nabootsen van voetstappen en allerlei geluiden. Hoe creatief waren we.
Toen ik opgroeide, wou ik andere dingen ontdekken. Michèle leerde piano spelen. Dat wou ik ook, maar het kon niet. Er was geen geld. Ik ben de jongste van een gezin van vijf kinderen, een nakomeling, een 'kaakenestje' zoals ze wel eens zeggen. Hoe erg vond ik het nietals ik vaak tegen die lesgevende non moest zeggen dat Michèle ziek was. Het was niet eens waar. Ik begreep haar niet, zij kreeg de kans om piano te leren. Waarom pakte ze die niet met beide handen aan?
Ik begreep toen niet dat er bij ons thuis geen geld was voor die dingen, dus ik zocht naar een andere uitdaging. Ik had al één uitdaging en dat was naar school gaan. Ik was erg goed in Latijn en ik hield van mijn school, een heel strenge school, het Sint-Ursulalyceum.Onbewust voelde ik aan dat ik die discipline nodig had. Als AD(H)D'er heb je meer begeleiding dan anderen nodig. Helaas lieten mijn ouders me aan mijn lot over. Ze controleerden mijn huiswerk niet, ze vroegen mijn lessen niet af. Ik moest het allemaal zelf doen. Dat was niet gemakkelijk want mijn ouders maakten vaak kletterende ruzie en dan had ik nog méér de neiging om weg te dromen. De wil was er en het materiaal: een bureautje voor mijn raam. Hoe vaak ben ik niet opgestaan omdat mijn gedachten afdwaalden, door dat lawaai maar ook door de omgeving die ik voortdurend scande. Ik keek rond in mijn kamer. En dan ging ik maar iets anders doen dat op dat moment, in mijn ogen, prioriteit had. Gelukkig ben ik geen dom iemand en kon ik het toch redelijk goed redden. Misschien ook wel dankzij mijn tante en nonkel, die de helft van mijn opvoeding voor hun rekening namen. Tante en nonkel vroegen wèl mijn lessen af. Zij hadden geen kinderen en zagen in mij een ideale dochter. Tot ik 15 was...en verder Latijn wou studeren. Toen kreeg ik van tante Gusta het deksel op mijn neus: wie dacht ik wel dat ik was, Latijn studeren, dat was toch niet voor iemand van mijn stand?
Toen begon zij afstand van mij te nemen. Toen zei zij: je had heel goed met mij kunnen varen later maar vanaf nu staat mijn beslissing vast: jij krijgt later niets van mij. Er lagen natuurlijk nog andere redenen ten grondslag. In haar ogen was ik lui en zag ik geen werk. Uiteraard was dat zo maar een AD(H)D'er moet je vaak aan het werk zetten en motiveren. Tenzij hij bezig is met zijn dada, dan kan hij uren bezig zijn, gehyperfocust is het woord.
De volgende uitdaging was ballet. Iets waar ik al jaren van droomde doordat het boek 'Tiny op ballet' bezat. Hoe dikwijls heb ik niet op mijn wollige konijnsloefen de vijf posities geoefend? Ik zag me al staan aan de barre, in een immens grote spiegelzaal. Tot het eerste middelbaar had ik telkens maar twee vriendinnen gehad en in het tweede middelbaar veranderde dat. Ik kreeg vriendinnetjes die allemaal op ballet waren. Ineens ontmoette ik veel meer gelijkgestemden die me niet veroordeelden omwille van mijn afkomst (mijn vader was werkloos sinds mijn acht en mijn moeke was huisvrouw) of mijn uiterlijk (ik was een seut met een brilletje en konijnetanden. Ik wou bij hen horen,ik wou met hen op ballet. Wéér een teleurstelling want ook dat feest ging niet door. Voortdurend voelde ik me anders, uitgesloten en nu had ik de kans om echte vriendinnen te maken. Gelukkig keken ze mij er niet op aan. Als ik dan toch niet op ballet mocht, zou ik mijn uiterlijk veranderen. Ik besloot om die lelijke bril niet meer op te zetten, ik liet mijn haar groeien en glimlachte met mijn mond dicht. Ik had eigenlijk een beugel nodig en die wou ik, maar ook daar was geen geld voor en mijn vader vond het niet nodig. Ik was een onzeker kind maar verborg me achter onnozele grappen om aandacht te trekken. Ik hunkerde naar aandacht van mijn vader, maar het enige dat ik kreeg was een goedkeurend gemurmel als hij mijn rapport ondertekende. Als er eens iets wat minder was, zei hij het ook, maar als het uitmuntend was, werd ik niet beloond.
Dit is nog maar een klein deeltje van mijn leven uiteraard maar ik hoop dat het een beetje illustreert welke worstelingen ik allemaal heb moeten doorgaan. Ik heb geen gemakkelijk leven gehad. Er waren momenten dat ik intens gelukkig was maar evenveel momenten dat ik niet begreep wat er met mij mis was, waarom ik precies een verschoppelinge was, niet alleen in de school (ik werd sowieso nog altijd gepest door een paar mensen en buiten die paar vriendinnen botste ik meer op tegenstand dan wat anders) maar ook in mijn eigen leefomgeving. Mijn vader kon het niet nalaten ons steeds weer te zeggen dat hij spijt had dat hij ons op de wereld had gezet. Dat wij als gezin naar de buitenwereld toe niet geslaagd waren, dat wij paria's waren en dat niemand iets van ons moest weten. Ik heb daar zo'n trauma van overgehouden dat ik besloten heb geen kinderen te nemen tot ik zelf helemaal 'clear' ben. En daar heb ik nog wel wat werk mee. Maar ik ben op de goede weg en ik blijf doorgaan, ook al zaag ik soms, ik zaag al minder. Dit zijn gewoon de feiten en die vallen gewoon niet te negeren. Mijn omgeving heeft mijn ADD die ADHD is geworden, VERSTERKT. En daarom, moet ik harder vechten dan een andere ADHD'er die het geluk heeft gehad zijn 'goestingskes' te kunnen doen en zich te ontplooien naargelang zijn impulsen hem dat ingaven.
Reacties
Mijn ouders gaven ook geen bal om mijn punten en gaven niets uit mij. Dus verdiende ik maar zelf geld.
De medestudenten hielden ervan me te pesten "bende kinders" dacht ik dan maar.
Jij bent je eigen beste bron van kracht en weet wat je waard bent en dat is veel hoor vergeet dat nooit.
btw latijn gets you nowhere ik ben daarmee gestopt en heb economie gevolgd: "attest van handelsbekwaamheid" + ik studeerde s'nachts: geen last van afleidingen dan (omg ik moest dit weer eens zeggen tis dan ook weer3u smorgens dat ik artikels ga lezen)
na deze nahnahnah uiting:
"Ik geloof sterk dat jij het gaat maken in het leven!!"
GELOOF NU OOK ZELF IN JEZELF